Verslaafd aan de kick

ERVARINGSDESKUNDIGE EDWIN VERTELT

Ook gedrag kan verslavend zijn. Denk aan gokken, gamen, seks of spanning. Hoe zit het met de oorzaken hiervan, en wat kun je eraan doen? Ex-gedetineerde Edwin vertelt over zijn ervaringen met criminele adrenaline: ‘Ik denk dat veel gevangenen hier iets van zullen herkennen.’  

Alles bij elkaar zat hij zo’n dertien jaar van zijn leven in de cel. Elke keer voor hetzelfde: winkeldiefstal. Edwin had met stelen ervaring opgedaan toen hij een jaar of veertien was, en ging daar later slagvaardig mee door. Vanaf zijn dertigste ongeveer, ging er geen dag voorbij zonder dat hij stal. En opmerkelijk: héél vaak lukte het. ‘Ik was er goed in’, vertelt hij, ‘waarschijnlijk vooral dankzij de vaardigheden die ik in de horeca had leren benutten: zoals mijn hulpvaardigheid, sociale karakter en mijn babbel. Ik was zó vriendelijk en aardig dat iedereen me vertrouwde. Maar tegelijk voelde het helemaal niet goed. Elke dag dacht ik dat het moest stoppen, zéker na de eerste keer in de gevangenis. Ik ging de bak in omdat ik iemand na het pinnen had weggeduwd en van zijn geld had beroofd. Dat ging echt een grens over waarvan ik nooit had gedacht dat ik die over zou gaan. Toen ik het deed was ik al onder invloed van cocaïne, ecstasy en drank… en ik wilde geld om nóg meer middelen te kunnen kopen. Dat is de kern van verslaving: constant meer willen hebben. Het verlangen naar meer en het gemis als je het niet hebt.’

TIJDELIJKE VERLICHTING
Gemis voelt elke verslaafde, of hij nu verslaafd is aan cocaïne of aan een bepaald soort gedrag: aan de kick van risico’s, aan gamen, aan seks, of constant naar zijn telefoon kijken. De Amerikaanse arts Gabor Maté, die veel met verslaafden werkte en er ook een mooi boek over schreef (‘Hongerige geesten’), weet dat ook. ‘Een verslaving uit zich in gedrag waarbij iemand tijdelijk verlichting of plezier ervaart, en er daarom naar hunkert, maar dat op de lange termijn voor hemzelf of voor anderen negatieve gevolgen heeft.’ Ondanks die gevolgen weigert de persoon dit gedrag op te geven of kan hij of zij dat gewoon niet. De drie belangrijkste kenmerken van verslaving zijn volgens Maté daarom:

  • kortstondige verlichting of genot en daardoor een hunkering;
  • op de lange termijn negatieve gevolgen voor zichzelf of anderen;
  • niet kunnen stoppen.

NIETS AAN DE HAND
Jarenlang was Edwin een ‘functionerende verslaafde’ geweest: hij rookte, blowde, dronk alcohol, maar tegelijkertijd werkte hij en leek er niets aan de hand. ‘Ik was horecamanager in een Amerikaans resort op Bonaire, en had in dezelfde tijd ook samen met mijn toenmalige vriendin een eigen zaak. Tót de dag dat de vliegtuigen in de twintowers vlogen, 11 september 2001, ging dat allemaal goed. Maar precies die dag zou ik voor vakantie naar Nederland gaan. In het resort sloeg de paniek toe. Mijn vriendin wilde me tegenhouden: je gaat nu toch niet vlíegen?! Gek genoeg lukte het me om naar Nederland te gaan. Toen ik terugkwam was mijn vriendin op vakantie gegaan en trof ik in ons restaurant een beetje een chaos aan. In het resort waren de reserveringen gekelderd. Toen dacht ik aan iemand die had gezegd, dat cocaïne in zo’n situatie hielp. Dus ik nam dat. Het is de grootste vergissing in mijn leven geweest.’ Niet veel later vertrok Edwin voorgoed van Bonaire. Het was uit met zijn vriendin. In Nederland kon hij gaan werken in een beroemde horecazaak in Arnhem. ‘Ik was gestopt met gebruiken toen ik die baan kreeg. Alleen kwam ik tijdens het uitgaan een meisje tegen dat met mij mee naar huis ging en een pakje cocaïne op tafel gooide. Zo ben ik weer begonnen. Op een gegeven moment ook met cocaïne roken, wat veel en veel verslavender is dan snuiven.’ Elke dag was er coke nodig. En dus ook veel geld. ‘Ik begon de kassa van het restaurant af te romen, liet geld uit de kluis verdwijnen en had op een gegeven moment zoveel last van de cocaïne dat ik me ziek moest melden en nooit meer kwam opdagen. Geld kreeg ik door te gaan stelen. Ik kwam bij de Bijenkorf, bij het Kruidvat, bij Blokker, V&D, de HEMA. Kleding, flesjes parfum, scheermesjes nam ik mee, en alles verkocht ik door. Elke dag weer.’ Als het mislukte werd hij naar de gevangenis gestuurd, en meerdere keren ook naar een afkickkliniek voor zijn verslaving aan middelen. Afkicken hiervan lukte uiteindelijk. Maar het gekke was: hij bleef maar stelen. ‘Terwijl ik er elke keer ook spijt van had, en echt wel zag dat dit niet kon. Ik heb geen dag onterecht vastgezeten. Maar ik snapte er dus niks van dat ik een winkeldief bleef. Tot ik eindelijk besloot me hier in te verdiepen. Toen kwam ik erachter dat ik verslaafd ben aan adrenaline, criminele adrenaline noem ik het. Ik heb een voortdurende hang naar spanning, een karaktereigenschap die in me zit – of misschien in me is gaan zitten door wat ik heb meegemaakt.’

SPANNING ZOEKEN
Veel mensen herkennen het als Edwin over zijn verslaving aan de kick, aan adrenaline, begint. ‘Lotgenoten vertelde ik over mijn ervaringen en de beleving ervan. En over de last die ik ervan had. Bijna iedereen wist meteen welk gedrag ik bedoelde. Maar er was ook veel schaamte over.’ Er bleek onderzoek naar te zijn gedaan, hoewel vooral naar thrillseekers in de sport. Mensen die dit hebben creëren stress om een adrenalinestoot te krijgen. Ze springen van een berg in een wingsuit, beklimmen rotsen zonder gezekerd te zijn. Als ze stoppen met hun kickactiviteiten ervaren ze dezelfde effecten als mensen die stoppen met het gebruik van middelen. Soms, misschien wel vaak, is hun kick iets op het randje van wat mag. De consequenties maken de actie nog spannender, en daarmee de kick groter. Daarom is de ‘criminele adrenaline’ van Edwin misschien wel de beste adrenaline die er is… ‘Ik denk dat iedere lezer van Comeback het herkent. Inmiddels weet ik dat er sprake van is bij vermogensdelicten (diefstal), oplichting, heling, inbraak, agressief gedrag, uithalen, fabriceren en dealen van drugs. Daarom verdient het onderzoek en aandacht.’

WAT ZIT ACHTER DE KICKVERSLAVING?
Volgens de verslavingsarts Gabor Maté ontstaan verslavingen doordat je je probeert te beschermen tegen het leed dat je niet kan verdragen. Het geldt voor alle verslavingen: ‘natuurlijke reacties op onnatuurlijke omstandigheden, pogingen om de pijn van verwondingen te verzachten die je in de kindertijd hebt opgelopen, en van de spanningen die je als volwassene ervaart.’ Edwin: ‘In mijn geval klopt dat zeker! Die eerste keer dat ik iets pikte in een winkel was het iets wat ik helemaal niet nodig had. Een potje kappertjes. Maar het moment was geweldig. Ik kreeg een enorme adrenalinestoot! Ik voelde dat ik controle had. Een dubbele kick: ik voelde en ik had controle. Thuis probeerde ik vooral om helemaal niets te voelen. Het was superonveilig. Mijn moeder was verslaafd en het huwelijk met mijn vader ging niet goed. Mijn vader nam flink in en is uiteindelijk overleden aan de drank. Als je steelt ben je eventjes de baas. Hoef je niet bang te zijn voor jezelf, of voor je eigen gevoel: pijn.’

ONDER DE MOTORKAP
Edwin zit op dit moment in een traject om zijn ‘laatste verslaving’ aan te pakken. Verslaafd zijn aan de kick van het stelen is, benadrukt hij, iets anders dan kleptomanie. Ik ben geen dwangmatige dief, lang deed ik het omdat ik het geld nodig had. Dat was alleen niet het enige. Ik heb behoefte aan adrenaline. Er is een prettig soort spanning. Ik ga netjes gekleed als ik ga stelen. Ik ben voorbereid. Het hoort er allemaal bij. Al die spanning zorgt ervoor dat ik me niet lekker voelde als ik een dag niet ging. Mensen zeggen dan: wissel het gewoon in voor een legale kick. Ga bungy jumpen of zoiets. Maar zo simpel is het niet.’ Het gaat erom dat je de oorzaak van je pijn onderzoekt, merkte Edwin, en daarmee leert dealen. ‘Dat is wat ik nu doe bij GGNet De Boog, een centrum voor forensische psychiatrie. Wat mij eerder hielp is het boeddhisme: het leerde me onder de motorkap te kijken, dus naar mijn echte zelf. En praten! Genezen begint met erover praten. Ook daarmee begon ik al voor ik hier terechtkon. Ik gaf voorlichting en werkte mee aan optredens (van de Niemanders, met verhalen uit de gevangenis – redactie). Maar waar het echt om gaat is dat je het onderliggende trauma in de ogen kijkt. Daar moet je uiteindelijk mee aan de slag. Er zit in iedereen een enorme vrijheid in het denken en in de fantasie. Als je je iets kunt voorstellen, is het volgens mij bereikbaar. Ik begon me voor te stellen dat ik echt tot in de kern van mezelf zou doordringen. En ik ontdekte iets groots. Namelijk dat het beeld dat ik altijd had – dat de krachten die grip op mij hadden groter waren dan ikzelf – niet waar was! Het waren mijn angsten die maakten dat ik dat dacht. Sinds ik dit weet zou ik het aan iedereen willen meegeven. Gun jezelf dat je angsten geen last meer zijn, en dat je de liefde voor jezelf gaat voelen. Geloof in die liefdevolle, warme en positieve kracht.’

 

Dit artikel verscheen in Comeback, 2024, nr. 3. Comeback is het tijdschrift voor gedetineerde Nederlanders in het buitenland en wordt uitgegeven door Stichting Epafras in samenwerking met Reclassering Nederland Bureau Buitenland, Dutch&Detained en Lawyers Across Borders.