‘Het bezoeken van gevangenen behoort tot de kern van de christelijke cultuur. Het is logisch dat Nederland omziet naar de mensen die opgesloten zijn. Geen mens is afgeschreven!’
Sjirk Kuijper (1966) is toegetreden tot het bestuur van Stichting Epafras. Kuijper is momenteel politiek redacteur en commentator bij het Nederlands Dagblad. Daarvoor was hij negen jaar lang hoofdredacteur bij deze krant. De Hilversumse Kuijper is in zijn leven regelmatig van baan veranderd. Hij studeerde aanvankelijk HBO-theologie en werd godsdienstleraar. In het onderwijs zat hij niet echt op zijn plek. Hij begon te schrijven voor het Nederlands Dagblad als zaterdagcorrespondent van de kerkelijke redactie. Dat bewoog hem om naar de School voor Journalistiek te gaan. Hij werkte voor het Gelders Dagblad en het ND. Later werkte hij voor het Friesch Dagblad en verhuisde ook naar Friesland. Na een korte periode bij 2Vandaag werd hij woordvoerder voor de ChristenUnie in de Tweede Kamer, later bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Sinds 2012 werkt hij weer voor het Nederlands Dagblad en is hij met zijn gezin terugverhuisd naar het midden des lands.
Waarom heb je ‘ja’ gezegd toen je werd uitgenodigd voor het bestuur van Epafras?
‘Ik vind het thema ‘zorg voor gevangenen’ heel belangrijk. In onze kerk waren we bezig met de zeven werken van barmhartigheid, waar het bezoeken van gevangenen onderdeel van uitmaakt. Als ouderling in mijn kerk had ik al te maken gehad met gedetineerden. Mijn vrouw schreef met een tbs-er. Maar eerlijk gezegd ben ik geen goede bezoeker of pastor. Dus toen de vraag van Epafras kwam, dacht ik: ‘hé, zo kan ik toch iets doen voor die gevangenen!’ Rechtvaardigheid is de kern van mijn drive. Maar recht doen betekent ook dat iemand weer in het reine kan komen met de maatschappij en opnieuw mag beginnen. Je bent niet voor eeuwig veroordeeld. Het gaat mij erom dat mensen niet onzichtbaar worden. Als je gevangen zit in Nederland is dat risico al groot, laat staan als je in het buitenland gevangen zit. Dan zit je in een zeer eenzame situatie. We moeten mensen blijven zien en niet ontmenselijken. Als journalist heb ik regelmatig geschreven over levenslange gevangenisstraffen – over hoe onmenselijk dat eigenlijk is.’
Wat denk je aan het werk van Epafras te kunnen bijdragen?
‘Ik hoop mee te denken over hoe communicatie kan bijdragen aan het draagvlak en de continuïteit van Epafras. De communicatie met de achterban is ontzettend belangrijk. Het is een groot gevaar voor organisaties die afhankelijk worden van overheidssubsidie dat zij het contact met de achterban verliezen. In deze tijd is dat des te belangrijker, er heerst op dit moment niet echt een barmhartig klimaat.
Je gaf aan te leven met ADHD. Welke invloed heeft dat op je?
‘Ik weet dat pas sinds mijn 55e. Anderen zeiden: ‘oh, heb je het eindelijk door’. Het heeft me enorm geholpen om inzicht te krijgen in mijn eigen functioneren. Ik begrijp nu mijn eigen springerigheid in mijn gedachten, of als ik aan het zingen ben in de kerk. Ik ben me erin gaan verdiepen. Dan lees je bijvoorbeeld dat ADHD bijdraagt aan een negatief zelfbeeld, in de zin dat je teleurgesteld kan zijn in jezelf als je bijvoorbeeld afspraken vergeet of punten mist in een vergadering omdat je gedachten naar het plafond zweven. Maar anderzijds geeft ADHD je een enorme focus op de dingen die je aangrijpen. Mij heeft het geholpen om te begrijpen hoe mensen gehinderd én gezegend kunnen zijn met een bepaalde aanleg. Het helpt me om empathie te hebben voor mensen die anders functioneren, die neurodivergent zijn. Dat helpt me vervolgens ook om na te denken over de vraag hoe mensen tot criminaliteit vervallen. Ik vond het artikel in Comeback over adrenalineverslaving heel interessant. Onze vrijwilligers kunnen mensen helpen om zich met hun levensloop te verzoenen en na te denken hoe ze zich kunnen ontworstelen aan patronen die tot crimineel gedrag hebben geleid. Ik weet wel, zielzorg is van een ander niveau dan psychische hulp, maar er zijn zeker raakvlakken. Inzicht in de psyche kan helpen om iemand te begrijpen. Het helpt om antwoord te geven op de vraag: hoe kan je iemand liefhebben die zoiets heeft gedaan?’
Wat zou je mensen willen meegeven?
Het bezoeken van gevangenen behoort tot de kern van de christelijke cultuur. Het is logisch dat Nederland als christelijke cultuur omziet naar de mensen die opgesloten zijn. Geen mens is afgeschreven. Niemand kan dieper vallen dan Gods hand. Daarom wil ik er graag aan bijdragen dat dit werk kan worden gedaan. Het behoort tot de kern van het christelijke mens-zijn.’