Tessa Martens en Irene Verschoore van de consulaire afdeling van het ministerie van Buitenlandse Zaken, bezochten acht Nederlanders in gevangenissen in het Verre Oosten. Ook onze geestelijke verzorgers hebben al gezien dat gevangenen daar te maken krijgen met een heel streng regime. “Je mag bijvoorbeeld niet praten. Of maar vijftien minuten per dag. Je mag de bewaker niet aankijken. Je mag niet fluisteren”, vertelt Tessa. Dit brengt buitenlandse gevangenen in een extra zware situatie. Zij kennen de taal niet, weten niets over de geboden en verboden. Gedragen ze zich niet volgens de regels, dan volgt de straf. Pas na talloze keren gestraft te zijn, weten de gedetineerden ongeveer wat er van hen wordt verwacht. De Japanse situatie werpt een ander licht op hoe je de zwaarte van detentie moet ‘beoordelen’. “Meestal let je op hoeveel mensen slapen in een cel, wat ze te eten krijgen, hoeveel wc’s er zijn. Dat is allemaal goed geregeld in Japan. Maar door de isolatie en de eenzaamheid hebben de gevangenen het daar erg zwaar.”
Martien Agterberg: “Deze belasting vraagt om extra geestelijke begeleiding, zoals we dat in gesprekken van onze geestelijke verzorger met de gevangenen hebben ervaren.” Ook voor Japan is nu een lokale geestelijke verzorger gevonden, die de Nederlanders in de gevangenis ondersteunt.
Benieuwd hoe het leven eruit ziet in een buitenlandse gevangenis? Op onze site www.epafras.nl vind je de verhalen. Like onze pagina op Facebook en we houden je op de hoogte!